Vanaf 1 januari 2022 zijn de verliesverrekeningsregels aangepast. Verliezen zijn vanaf die datum onbeperkt voorwaarts in de tijd verrekenbaar. Daar staat tegenover dat de verrekening van verliezen in de vennootschapsbelasting zijn beperkt tot maximaal € 1 mln., plus 50% van de belastbare winst voor zover die meer bedraagt dan € 1 mln. Tot een bedrag van € 1 mln. zijn verliezen dus altijd verrekenbaar en kunnen verliezen onbeperkt in de tijd vooruit worden gewenteld. Verliezen die stammen uit boekjaren vanaf 1 januari 2013 kunnen onbeperkt worden verrekend. Voor verliezen die stammen uit boekjaren voor 1 januari 2013 gelden de termijnen voor voorwaartse verliesverrekening uiterlijk tot negen jaar na afsluiting boekjaar, dus 31 december 2021.
Ter verduidelijking hieronder een rekenvoorbeeld van de oude situatie versus de nieuwe situatie vanaf 1 januari 2022, o.b.v. huidige interpretatie van de regels.
De regels zijn aangepast om te voorkomen dat winstgevende bedrijven jarenlang geen vennootschapsbelasting hoeven te betalen, indien zij in het verleden (grote) compensabele verliezen hebben opgebouwd. De wijziging moet leiden tot temporisering van de verliesverrekening en een stabielere inkomstenstroom genereren voor de belastingdienst.
Dit kan echter grote effecten hebben bij herstructureringen waarbij een forse schuldsanering plaatsvindt en derhalve een grote kwijtscheldingswinst ontstaat. De kwijtscheldingswinstvrijstelling komt niet te vervallen, maar de winst is boven de € 1 mln. nog maar beperkt verrekenbaar en daardoor kan de vrijstelling niet meer geheel worden gebruikt in het kwijtscheldingsjaar, wat ertoe leidt dat een positief belastbaar bedrag overblijft.
Rekenvoorbeeld
Bedrijf X gaat door een herstructurering via een WHOA en komt tot een akkoord met een totale kwijtschelding van € 20 mln. (de kwijtscheldingswinst) van de totale € 40 mln. aan schulden. Carry forward aan compensabele verliezen € 8 mln. door jaren met slechte prestaties (daarom ook gekozen voor een WHOA traject). Van de winst die is behaald met de kwijtschelding (€ 20 mln.) is alleen het deel vrijgesteld (€ 12 mln.) dat hoger is dan de te verrekenen verliezen (€ 8 mln.).
Oude situatie
In dit voorbeeld is het volledige compensabele verlies (in één keer) verrekenbaar. Dus de te betalen vennootschapsbelasting is € 0,-.
Nieuwe situatie
Vanaf 1 januari 2022 is het niet meer mogelijk om het volledige compensabele verlies te verrekenen in het kwijtscheldingsjaar. In dit voorbeeld is de belastbare winst € 8 mln. (€ 20 mln. – € 12 mln.). Vervolgens wordt met de nieuwe verliesverrekeningsregels het belastbare bedrag vastgesteld: € 1mln. + 50% over € 7 mln. = € 4,5 mln. verrekenbaar en € 3,5 mln. winst waarover vennootschapsbelasting moet worden betaald (zie ook art. 20 Wet Vpb 1969; Staatsblad). Omdat niet het volledige compensabele verlies van € 8 mln. gebruikt kan worden in het kwijtscheldingsjaar resteert er nog € 3,5 mln. aan verliezen die in de toekomst gecompenseerd kunnen worden.
Bovenstaande twee voorbeelden zijn hieronder uitgewerkt in een cijferopstelling.